Fabien had genoeg van de black-outs en is nu van de drank af: ‘Met moeite’

Peter van Drunen ontmoet cliënten van de NAS. In de rubriek ‘Rotterdammers met een randje’ stelt hij ze voor. Foto: Pris Tatipikalawan

“Ik ben van de drank af”, begint kunstenaar Fabiën (40). “Met moeite.” Die verslaving leverde hem teveel ellende op. “Het begon met normaal drinken, maar het werd doodzuipen.” Ook vertelt hij dat genoeg had van de black-outs. “Was ik ineens van Charlois naar Maassluis verhuisd. Had ik woonbegeleiding, maar wist ik niet meer hoe dat allemaal zo was gekomen.”

Zijn zinnen zijn abstracter dan zijn schilderijen, maar toch is hij goed te volgen. Fabiën stoort zich aan zijn stampende bovenbuurman, maar ergert zich vooral aan zichzelf. “Waarom ligt wat ik nodig heb altijd onderop?” Zijn sleutels verdwijnen zomaar uit z’n zak. “Terwijl ik zeker weet dat ik ze erin heb gedaan.”

Ergens doet hij me denken aan Herman Brood, die ook te gevoelig was om de werkelijkheid te verdragen. Ook Brood was een intelligente kunstenaar die speed gebruikte zoals een ander koffie drinkt. “Bij mij sloop de speed erin. Ik word er actief van”, zegt Fabiën.

Hij groeide op in het grimmige Spangen van de jaren negentig. “Mensen die boodschappen deden, liepen langs de dealers en gebruikers. Smerig. Mijn vrienden waren dealers. Als ik erbij stond was ik al de lul.” De laatste tijd komt hij regelmatig oud-klasgenoten tegen. Lachend: “Ik ben helemaal mislukt, maar ik ben blij als ik zie dat zij het hebben gemaakt.”

Ondanks zijn snoeiharde zelfkritiek wordt Fabiën gewaardeerd om wie hij is én om zijn talent. Al zijn schilderijen zijn uniek, maar hij laat zich ook wel inspireren door bekende werken. “Ken je Lichtenstein? Hij heeft het schilderij ‘Whaam’ waarbij een straaljager een andere straaljager kapotschiet gemaakt. Dan verander ik die straaljagers in andere objecten, maar verder houd ik de stijl een beetje hetzelfde.”

Fabiëns grootste wens is weer in contact komen met zijn moeder, maar daar is moed voor nodig. Of hij zich schaamt? “Ja, dat ook. Maar hoe moet ik daar komen? Een brief schrijven? Misschien moet ik sorry zeggen.” Met een glimlach: “Wie weet leest ze deze rubriek.”

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven